Fotoverzameling Willem Pel 4

Hilversum had in dezen tijd nog geen riolen, de beerputten moesten daarom van tijd tot tijd geleegd worden. Deze onaangename klus was nachtwerk waarmee de gemeentewerklieden een paar centen extra konden verdienen. Op de foto zit Kees Kuyer op de faecalienwagen of beerketelwagen zoals ook wel genoemd werd.

Op het Stationsplein stond vaak een lange rij rijtuigen. Bij de aankomst van een trein riepen de koetsiers om strijd; ,,Coupeetje monneer’’ , of ,, Victoria dame’’. De kruier met de handen in de zij is Rietveld. Toen zijn huis in de Leeuwenstraat in 1903 afbrandde en Rietveld daarvoor niet ,,verastereerd’’ was , ging hij de volgende dag met de restjes van zijn huisraad op zijn kleurig geschilderde handwagen door het dorp. Omdat men bij de ,,grote spoorbomen’’ dikwijls heel lang moest wachten werd in 1910 een tijdelijke voetbrug gebouwd. Dat tijdelijke bleek niet te kloppen, want enkele jaren geleden is de brug pas afgebroken.

De brink met bomen voor het oude postkantoor was zeer mooi. Dat veranderde toen de bomen in 1907 gerooid werden. De fontein, die later op dit plein werd gebouwd, bleek geen succes en is dan ook spoedig verwijderd. Bij drogist De Vries en zijn buurman juwelier Rutgers plaatsten bandrekels van opgeschoten jongens hun fietsen zo hinderlijk tegen de hekken dat de paardetram geen ruimte had om te passeren. Dan moest de tram stoppen en de conducteur uitstappen om deze hindernis weg te nemen.

In 1906 bood de Kerkstraat vanaf de Kerkbrink nog een zeer landelijke aanblik . Links stond een mooi , langgerekt woonhuis met blauwe horren voor de ramen. Die horren werden tegen ,, de zalige inkijk ‘’ gebruikt. ( Nu zit Lampe op dit puntje ) In het huis met voortuin woonde fabrikant Arie Veen. ( Later vestigde zich hier het modemagazijn Suisse.) Verkeer was er nagenoeg niet . Af en toe passeerde er een boeren- of schipperswagen. Daarna was het weer lange tijd stil. In het witte huisje aan het eind was de oude lommerd gehuisvest. Vooral wevers waren er vaste klanten.

De Kerkbrink is altijd het gezellige middelpunt van het oude dorp geweest . Nu raast er het verkeer langs, maar in 1911 was het nog een een vriendelijk en vredig. Na het luiden van de raadhuisbel verscheen hij op zondagmorgen om 12 uur in vol ornaat op het bordes voor het aflezen van de huwelijksaankondigingen. Het raadhuis was lange tijd de zetel van het Goois Museum. De sigarenwinkel van Joh. Kesting was voordien postkantoor. Het wapen van Hilversum staat er nog in de gevel. (rechts op de foto).

De foto is genomen op de kruising Schuttersweg - Bussumergrintweg. . De conducteur, met tas is ‘Ome’ Frans Nelis. De paardetram was een initiatief van de Bussumer A.G. Heineke Dzn. In 1870 stelde hij voor Hilversum te verbinden met Naarden, Bussum, Het Spiegel en de ‘s-Gravelandse buitenplaatsen. Het plan werd gefinancierd door de twee Hilversummers W.Heijbroek jr . en Ir.J. Geveke en door de gemeente zelf. Op 15 mei 1887 kon de tram in gebruik worden genomen. De tram was een groot succes. In 1888 vervoerde men al 37.000 passagiers per jaar ! Aan nieuwigheden moet men echter altijd wennen, ook in dit geval. De dames Perk van de bewaarschool aan de Bussumerstraat waren bang voor het ‘snelheidsmonster’ en kregen voor elkaar dat ter plaatse een maximum snelheid van ‘stapvoets’ werd ingsteld. Ook werd bepaald dat de ‘reetveger’, degene die de rails schoonmaakt, zijn werk voor 7 uur ‘s ochtends moest doen. Dit was om te voorkomen dat de witte was door het opwaaiende stof smoezelig zou worden.